Op deze pagina vind je veelgestelde vragen over de Nota Ruimte en de ontwerpversie die onlangs is gepubliceerd. Je leest hier wat de Ontwerp-Nota Ruimte inhoudt, waarom ze er nu is, welke keuzes zijn gemaakt en hoe je kunt meepraten over de toekomst van Nederland.
De Nota Ruimte is de nationale visie op de inrichting van Nederland tot 2050. Het Rijk maakt hierin samenhangende keuzes over wonen, werken, bereikbaarheid, energie, landbouw, natuur, water en bodem. Deze opgaven staan niet los van elkaar. Zo hebben nieuwe woningen energie en water nodig, en moeten deze, net als onze bedrijven en industrie, goed bereikbaar zijn. De Nota Ruimte is ons kompas voor de toekomst. Het Rijk geeft hiermee richting aan de ruimtelijke ordening en inrichting van onze leefomgeving.
We staan voor grote uitdagingen. Denk aan het woningtekort, bereikbaarheid, energietransitie en klimaatadaptatie. Deze vraagstukken kunnen niet wachten. De ontwerpversie van de Nota Ruimte is bedoeld als beginpunt voor debat en inspraak en gezamenlijke uitwerking, niet als eindpunt of blauwdruk.
De ontwerpversie hanteert 3 afwegingsprincipes:
- Meervoudig ruimtegebruik: functies zoveel mogelijk combineren.
- Gebiedskenmerken centraal: maatwerk per regio.
- Zoveel mogelijk voorkomen van afwentelen: geen problemen doorschuiven naar andere regio’s of toekomstige generaties.
Op basis van deze 3 principes zijn richtinggevende keuzes gemaakt in de Ontwerp-Nota Ruimte.
De Ontwerp-Nota Ruimte onderscheidt 4 thema’s waarin de grote opgaven die met elkaar samenhangen zijn uitgewerkt:
- Wonen, werken en bereikbaarheid: compacte verstedelijking, sterke regio’s, grootschalige woningbouwlocaties. Compact bouwen nabij voorzieningen en infrastructuur; een -verstedelijkingsstrategie per regio (VISTA, zie vraag 6); de huidige 17 grootschalige nationale woningbouwgebieden worden met 4 nieuwe nationale en 124 regionale grootschalige woningbouwlocaties uitgebreid; er is ruimte voor kleinschalige uitbreidingen voor woningbouw (‘straatje erbij’ en ‘wijkje erbij’). Door nieuwe infrastructuur en goede verbindingen versterken de regio’s elkaar, vullen ze elkaar aan en zijn ze goed verbonden met het buitenland.
- Economie en energie: ruimte voor economie, sterke clusters en duurzame energie. Bedrijventerreinen worden zoveel mogelijk behouden, zorgvuldig en goed benut en waar nodig strategisch uitgebreid. Energie-intensieve clusters zijn van nationaal belang en het Rijk neemt er meer regie. Verzwaring en uitbreiding van de energie-infrastructuur heeft prioriteit, inclusief ruimte op de Noordzee voor windenergie en kabels.
- Landbouw en natuur: voedselzekerheid, biodiversiteit en landschappelijke kwaliteit. De Nederlandse landbouw blijft onmisbaar voor voedselzekerheid en de leefbaarheid van het landelijk gebied. Er komt een afwegingskader voor het onttrekken van landbouwgrond. En er zijn gebieden waar veel verschillende opgaven samenkomen en waar het Rijk extra aandacht voor heeft met bijvoorbeeld agrarisch natuurbeheer. Natuur moet robuust en veerkrachtig worden. Daarbij wordt gezocht naar functiecombinaties zoals natuur met ruimte voor de rivieren, groen in en om de stad of oefengebieden van Defensie.
- Water en bodem: bescherming tegen overstromingen, schoon en voldoende zoetwater en gezonde bodem. Nederland blijft veilig bewoonbaar door ruimte te reserveren voor waterberging, dijkversterking en de rivieren. Regio’s krijgen meer verantwoordelijkheid voor hun eigen zoetwatervoorziening. Bij ruimtelijke keuzes wordt rekening gehouden met zoutere, nattere en drogere omstandigheden en met bodemdaling. En overal wordt gewerkt aan een klimaatadaptieve inrichting, bijvoorbeeld met meer groen en water in de stad.
Nederland staat voor grote opgaven de komende dertig jaar, maar de kaart van Nederland zal op hoofdlijnen niet ingrijpend veranderen. Op ooghoogte zullen er wel degelijk veranderingen plaatsvinden. We zullen merken dat steden plek bieden aan meer woningen en werkplekken, dat infrastructuur is versterkt en landbouw en natuur meer in balans zijn. In 2050 hebben we de kansen van verschillende regio’s beter benut: elke regio heeft een passende rol als het gaat om wonen, werken en voorzieningen. Nederland is daardoor in 2050 leefbaarder, groener en beter bereikbaar.
VISTA is een afkorting en staat voor 5 verschillende regionale ontwikkelstrategieën: Versterken, Initiëren, Stimuleren, Transformeren en Accommoderen (afgekort: VISTA). Afhankelijk van de kenmerken en kansen van een regio kiest het Rijk samen met medeoverheden voor een passende koers.
De 5 strategieën houden in:
- Versterken: Aansluiten op autonome economische ontwikkeling, woningbouw naar eigen behoefte, versterken kleine kernen (Regio’s Noord-Holland-Noord, Zeeland, Groene Hart, Rivierenland, Achterhoek, omgeving Harderwijk-Zeewolde, Zuidoost-Drenthe, Noordoostpolder en Friesland).
- Initiëren: Randvoorwaarden op orde brengen. Economische ontwikkeling aanjagen, daarna meer woningbouw (Regio’s Groningen-Assen, Twente en Zuid-Limburg).
- Stimuleren: Woningbouw in combinatie met stimuleren van de economie, groen. Voorzieningen en bereikbaarheid groeien mee (Regio’s Zwolle, Lelystad, Stedendriehoek Apeldoorn-Zutphen-Deventer, Arnhem-Nijmegen, Brabantse Stedenrij, Noord- en Midden-Limburg).
- Transformeren: Toekomstbestendig maken van het ruimtelijk-economisch systeem van de Zuidelijke Randstad.
- Accommoderen: aansluiten bij hoge economische dynamiek, selectief ruimtegebruik, (betaalbare) woningbouw, groen, voorzieningen en infrastructuur groeien mee (Regio’s Amsterdam, Utrecht en Eindhoven).
Er worden aan de 17 bestaande grootschalige woningbouwlocaties, nog 4 nationale (Alkmaar, Apeldoorn, Helmond en Hengelo/Enschede) en 124 regionale grootschalige woningbouwlocaties toegevoegd. Daarnaast kunnen kleinschalige uitbreidingen (‘straatje erbij’ of ‘wijkje erbij’) plaatsvinden als deze passen in de ruimtelijke context. Belangrijk is dat nieuwe locaties goed bereikbaar zijn en zoveel mogelijk aansluiten bij bestaande steden en dorpen.
De Nota Ruimte wil dat er voldoende ruimte blijft voor bedrijven en energievoorziening. Daarom worden bestaande bedrijventerreinen zoveel behouden en waar nodig uitgebreid. Grote industrieclusters zijn van nationaal belang. Samen met deze clusters maakt het Rijk een langetermijnstrategie. De verzwaring en uitbreiding van de energie-infrastructuur is een belangrijke randvoorwaarde voor andere ontwikkelingen en krijgt daarom prioriteit. Dat betekent onder meer reserveren van ruimte voor wind op zee, kabels en buisleidingen.
De Nederlandse landbouw blijft onmisbaar voor voedselzekerheid en de leefbaarheid van het landelijk gebied. Daarom gaan we zorgvuldig om met landbouwgrond en geven een goed toekomstperspectief voor boeren. Er komt een afwegingskader voor het onttrekken van landbouwgrond. En er zijn gebieden waar veel verschillende opgaven samenkomen en waar het Rijk extra aandacht voor heeft met bijvoorbeeld agrarisch natuurbeheer. Tegelijkertijd moet de natuur robuuster en veerkrachtiger worden. We combineren natuurherstel zoveel mogelijk met andere opgaven, zoals ruimte voor de rivieren, groen in en om de stad en oefengebieden van Defensie.
Nederland is een klein land en de ruimte is beperkt. Daarom moeten we goed afwegen wat waar kan. Soms betekent dat dat iets níet kan, of alleen op een andere plek. We bouwen bijvoorbeeld niet in uiterwaarden, omdat die ruimte nodig is om water op te vangen bij hoogwater. Ook is zoetwater steeds schaarser. Daarom vestigen we nieuwe bedrijven die veel zoetwater gebruiken – zoals waterstofbedrijven – liever aan de kust, waar dat beter beschikbaar is.
Door de schaarse ruimte zullen we vaker functies moeten combineren en slimmer omgaan met de ruimte die we hebben. Zo houden we Nederland veilig, leefbaar en toekomstbestendig.
De Ontwerp-Nota Ruimte is zelfbindend voor het Rijk en richtinggevend voor medeoverheden. De uitwerking vindt plaats in nationale programma’s, via afspraken en samenwerkingsverbanden. Bij de definitieve Nota Ruimte komt een Uitvoeringsagenda. Via de Uitvoeringsagenda wordt vastgelegd hoe de uitvoering van de Nota Ruimt vorm krijgt en hoe de instrumenten van de Omgevingswet worden ingezet. Daarnaast wordt de uitvoering gebiedsgericht georganiseerd via NOVEX-gebieden en Regio Deals.
Binnen het Rijk is er meer dan 20 miljard euro per jaar beschikbaar voor leefomgevingsbeleid (infrastructuur, energie, waterveiligheid, woningbouw, etc.). Elk jaar kiest de politiek wat prioriteit krijgt in de begroting. De Nota Ruimte zorgt voor een betere, integrale inzet van deze middelen.
De Ontwerp-Nota Ruimte ligt van 6 oktober tot en met 15 december ter inzage, iedereen kan een zienswijze indienen via www.inspraaknotaruimte.nl.
Nederland staat voor grote ruimtelijke keuzes. Er is weinig ruimte en tegelijk veel behoefte: aan woningen, duurzame energie, goede bereikbaarheid, ruimte voor defensie, natuur en landbouw.
Omdat de ruimte schaars is, wil het Rijk weer meer de regie nemen. Dat doen we met de Nota Ruimte: ons kompas voor de toekomst van Nederland. De ontwerpversie is op 26 september 2025 naar de Tweede Kamer gestuurd.
De Nota Ruimte bundelt de belangrijkste keuzes voor de inrichting van ons land tot 2050, met een doorkijk naar 2100. Daarbij geldt dat niet alles overal kan. Daarom maken we samenhangende keuzes, benutten we kansen om functies te combineren en verdelen we lusten en lasten eerlijk.
Het motto is ‘elke regio telt’: aan het oppakken van alle opgaven in de fysieke leefomgeving moet elke regio bijdragen. Dat betekent sterk houden wat sterk is en sterker maken wat sterk moet zijn. Dat biedt tegelijk perspectief aan elke regio. Zo blijft Nederland een land waar we prettig kunnen wonen, werken en leven – en dat we met trots kunnen doorgeven aan toekomstige generaties.
Nee, de Rijksoverheid hanteert de regel Digitaal tenzij (om papier te besparen), wel kunt u een papieren versie inzien bij uw provinciehuis of bij ons bij het ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening. Uiteraard is de Ontwerp-Nota Ruimte online te lezen en te downloaden.