Ruimtelijke kwaliteit realiseren is hard werken
Praktijkverhalen
In een serie van 7 praktijkverhalen onderzoekt journalist Marieke Berkers op uitnodiging van de afdeling Ruimtelijke Kwaliteit uiteenlopende gebiedsontwikkelingen. Welke ruimtelijke kwaliteit is er gerealiseerd en welke lessen zijn er geleerd? In dit eerste verhaal staat de eco-wijk Olstergaard in Overijssel centraal.

Natuurinclusieve wijk met ruimte voor particulier initiatief
In de jaren '10 zette de gemeente Olst voor de nieuwe wijk Olstergaard in op natuurinclusiviteit met veel ruimte voor particulier initiatief. Effecten zoals verdroging, wateroverlast en hittestress moesten minimaal zijn. De woningen werden energiezuinig en wat er aan energie nodig was, kwam uit duurzame bronnen zoals wind, zon, aard- en restwarmte en biomassa. Zo kon de gemeente een heel specifieke doelgroep van mensen aantrekken die samen in het groen wilden wonen. De wijk bood ruimte voor zo'n 72 woningen die in opdracht van nieuwe bewoners en woningcorporatie SallandWonen (15 woningen) werden gebouwd.

Co-creatie
In deze ontwikkeling is gestuurd op ambities en niet op een eindbeeld. Een ambitiedocument werd in 2019 door de gemeenteraad goedgekeurd. Eerste in de reeks ambities luidt: “We ontwikkelen Olstergaard samen met de toekomstige bewoners, de omwonenden en partijen zoals het energiebedrijf, het waterschap en natuur- en milieuorganisaties. Zij waren samen ons adviseurs.” Het ontwikkelproces werd dus georganiseerd rondom co-creatie.

Betaalbaar, haalbaar en betrouwbaar
De gemeente betrok het stedenbouwkundig bureau SVP, landschapsarchitectenbureau Haver Droeze en ecologisch bureau Ecogroen. Deze partijen hebben de expertise om ideeën te vertalen in een betaalbaar plan en keuzes voor inrichting van de openbare ruimte juridisch te borgen. Ook hadden ze een belangrijke rol bij het meenemen van de groep. Documenten met aansprekende beelden en taal ontdaan van jargon, spelen een belangrijke rol in de communicatie. Ook vond de gemeente dat ze zelf ook het goede voorbeeld moest geven: practice what you preach. Alles moest kloppen, ook het papier van de folders moest duurzaam zijn. Daarmee won de gemeente vertrouwen van de bewonersgroep.
Alles moest kloppen, ook het papier van de folders moest duurzaam zijn. Daarmee won de gemeente vertrouwen van de bewonersgroep.

Groen grid bewaakt de natuur
Een groen casco zorgde voor een natuurinclusieve inrichting waarin het naast de mens ook voor dieren zoals vogels, steenuilen, bosmuizen en egels goed toeven is. Deze dieren vinden in de groenstructuren aantrekkelijke verblijfplekken en voldoende voedsel. Ook is het watersysteem rainproof georganiseerd: regenwater wordt onder meer door wadi’s lang vastgehouden in het gebied en er is ruimte voor een water doorvoerend systeem met poelen en greppels. Het gebied is daarnaast autoluw. Parkeren gebeurt geclusterd op 3 plekken nabij de entrees van de wijk.
De gemeente stuurde met spelregels op een inrichting van particulieren tuinen via de principes van permacultuur. Controleren of mensen na aanleg hun tuinen ook volgens dezelfde principes onderhouden doet ze overigens niet, daar heeft ze niet voldoende capaciteit voor. Maar omdat het groene grid van de openbare ruimte robuust is, wordt de natuur bewaakt. Zelfs als bewoners hun tuin niet goed onderhouden, blijven kwaliteiten rondom klimaatadaptatie, biodiversiteit en natuurinclusiviteit geborgd. Ook geeft het raamwerk oriëntatie en voorkomt het dat de wijk vanwege de diversiteit aan woningen, waaronder veel particulier opdrachtgeverschap, rommelig oogt.
Aan bewoners werd meegegeven welk kleurgebruik mogelijk was bij de materialisering van hun woningen, waardoor in de diversiteit aan woningtypes die gerealiseerd werd toch eenheid in beeld ontstaat. Om de kwaliteit van de zelfbouw te kunnen waarborgen stelde de gemeente dat bewoners een kavel pas juridisch mochten afnemen nadat ze goedkeuring hadden gekregen op het definitief ontwerp van hun woning.

Provinciale subsidie Impuls Circulair Bouwen
De provincie steunde het plan met een Subsidie Impuls Circulair Bouwen, zodat de gemeente in een community of practice (CoP) met onder meer Saxion hogescholen kon onderzoeken hoe het een circulair inkooptraject voor de openbare ruimte kon opstarten. Studenten en onderzoekers waren zo in staat in de praktijk kennis op te doen en te delen. Deze groep toetste ook de voortgang van het ontwikkelplan. De subsidie hielp dus ook om een externe groep kritische kijkers te organiseren.
Continuïteit
Door als gemeente van meet af aan in te zetten op co-creatie en te sturen op een betrokken bewonersgroep zijn mensen zich medemaker en -eigenaar van de wijk gaan voelen. Mensen rekten de ambities soms zelf nog wat verder op. Zo wonen verschillende bewoners energetisch off-grid, ook al was dat geen eis vanuit de gemeente. Bewoners pakken ook de monitoring van ecologische waarden in de wijk op. Fijn voor de gemeente Ols, omdat die daar vanwege haar kleine maat onvoldoende capaciteit heeft om monitoring te organiseren. Bewoners schouwen zelf en hebben organisaties aangetrokken met monitoring als onderdeel van hun bedrijfsvoering. Zoals een project met Stichting Hoopheggen. Deze stichting plant in samenwerking met grondeigenaren en met de hulp van planters en vrijwilligers hagen, singels en houtwallen als aanpak van de klimaatverandering of biodiversiteitsverlies. Zij werken samen met bewoners aan verdere vergroening van de wijk en nemen monitoring van hun beplantingsplan voor rekening.
De handreiking ‘Biobased (ver-)bouwen’ biedt inrichtingsconcepten voor het verbouwen van biobased gewassen (als bouwmateriaal) met ruimtelijke kwaliteit en is bedoeld voor overheden, maatschappelijke partners en grondeigenaren.